Gepubliceerd op 01-12-2020

Bestrijdingsmiddelenwet

betekenis & definitie

uit 1962 daterende, en in 1971 gewijzigde Ned. wet, die ten doel heeft de handel in en het gebruik van bestrijdingsmiddelen te regelen. Deze regulering geschiedt zowel vanuit het oogpunt van doelmatigheid als vanuit het oogpunt van veiligheid en gezondheid van mens, dier en plant, in het bijzonder om bij te dragen tot een betere bewaking van hun leefmilieu tegen ongunstige invloeden.

Wat een bestrijdingsmiddel is, wordt in de wet omschreven, waarbij onderscheid wordt gemaakt tusen bestrijdingsmiddelen die vooral in de land-, tuin- en bosbouw worden gebruikt (groep a) en bestrijdingsmiddelen die vooral buiten de agrarische sector worden gebruikt (groep b).Een bestrijdingsmiddel mag niet worden verhandeld, gebruikt of in voorraad gehouden als het niet is toegelaten (dit verbod geldt niet voor huishoudelijk gebruik en voor produkten bestemd voor uit- of doorvoer). De toelating geschiedt ambtshalve (voor groep a door de ministers van Sociale Zaken, Landbouw en Visserij en voor groep b door de minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, en Sociale Zaken) of op aanvraag. De aanvraag moet worden ingediend bij de Commissie voor Fytofarmacie, die bij haar advies uit moet gaan van o.m. het criterium dat het middel geen schadelijke nevenwerking mag hebben. De toelating, die geldt voor maximaal tien jaar, wordt in een register ingeschreven. Ook een toegelaten bestrijdingsmiddel valt onder de wettelijke verbods- en gebodsbepalingen. Deze bepalingen worden door de Kroon bij AMvB geconcretiseerd (b.v. het Bestrijdingsmiddelenbesluit) en door de betrokken minister (b.v. de Bestrijdingsmiddelenbeschikking). Bij de totstandkoming van AMvB’s adviseert de Bestrijdingsmiddelencommissie.

Haar strafsancties ontleent de Bestrijdingsmiddelenwet aan de Wet op de economische delicten.

< >