Woordenboek van medische eponiemen

T.Beijer en C.G.L.Apeldoorn (1998)

Gepubliceerd op 17-06-2020

Helmholtz-oogspiegel

betekenis & definitie

de door de Duitse fysioloog en natuurkundige Hermann Ludwig Ferdinand von Helmholtz (1821-’94) uitgevonden oftalmoscoop.

Von Helmholtz, die geneeskunde in Berlijn studeerde, was met Rudolf Virchow (1820-1902) een van de bekendste leerlingen van de eminente Duitse fysioloog Johannes Muller (1801-’58). In 1842 behaalde hij de doctorsgraad waarna hij korte tijd werkte op de chirurgische afdeling van het Berlijnse ziekenhuis Charité. Na een post als militair arts in Potsdam, een periode waarin hij zich verdiepte in de wis- en natuurkunde, volgde in 1848 de benoeming tot hoogleraar in de fysiologie en algemene pathologie te Koningsbergen. Van Pruisen vertrok hij naar Bonn, waar hij in 1856 hoogleraar werd; twee jaar later volgde een professoraat aan de universiteit van Heidelberg. Hij had eigenlijk natuurkunde willen studeren; dit jeugdideaal ging in 1847 in vervulling toen hij in Berlijn tot hoogleraar in de fysica benoemd werd.

In zijn briljante loopbaan heeft von Helmholtz zich voornamelijk beziggehouden met de fysische grondslagen van de fysiologie, met name die van oog en oor. In zijn Koningsbergse jaren vond hij in 1851 de naar hem genoemde oogspiegel uit. Deze oudste oftalmoscoop bestaat uit schuin gerichte planparallelle glasplaten die het licht van een opzij gerichte kaars in het oog reflecteren. Voor het eerst gelukte het de oogachtergrond in beeld te brengen. Deze vondst, een fantastisch diagnostisch hulpmiddel, heeft de ontwikkeling van de moderne oogheelkunde mogelijk gemaakt.

Von Helmholtz’ belangrijkste baanbrekende werken zijn het Handbuch derphysiologischen Optik (1856—’66) en Die Lehre von Tonempfindmgen (1863), een werk dat in 1913 zijn zesde druk beleefde. Op fysiologisch gebied kunnen we nog de metingen van de voortplantingssnelheid van de zcnuwimpulsen vermelden en op natuurkundig gebied zijn voordracht Ober die Erhaltung der Krdfte (1847), waarin hij een scherpe formulering geeft van het door de Duitse fysicus Robert Mayer (18i4-’78) gevonden principe van het behoud der energie. Beroemd werd zijn in 1877 gehouden redevoering Das Denken in der Medizin, waarin hij onder meer waarschuwde voor het opkomend materialisme: ‘Unsere Generation hat noch unterdem Drucke spiritualistischer Meta-physik gelitten, die jiingere wird sich wohl vor dem der materialistischen zu wahren haben.’ (Sigerist)

< >