het bezit van specifieke antilichamen tegen een besmetting met de betreffende ziekteverwekker (bacterie, virus); deze toestand is een gevolg (meestal) van het doorstaan van een besmettelijke ziekte, van inenting of vaccinatie (waardoor een actieve immuniteit ontstaat door de vorming van eigen antistoffen), resp. het inspuiten van een serum, dat de antistoffen bevat (passieve immuniteit). Passieve immuniteit is altijd van tijdelijke aard; actieve immuniteit kan vele jaren duren, soms even lang als de natuurlijke immuniteit, door de ziekte zelf verwekt.
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk