Eerste Medisch Systematische Ingerichte Encyclopedie

Uitgeversmaatschappij A. Manteau N.V. (1954)

Gepubliceerd op 11-01-2021

Epilepsie

betekenis & definitie

vallende ziekte, de algemene benaming voor aandoeningen met verschillende oorzaak, waarbij toevallen optreden, of andere aanvallen, welke daarmede kunnen worden vergeleken (z.g. epileptische aequivalenten).

Indien men geen duidelijke oorzaak voor het telkens weer ontstaan van toevallen kan aanwijzen, spreekt men van de echte of genuiene epilepsie; deze begint als regel vóór het 20ste levensjaar en vaak als erfelijke (althans familiair voorkomende) aandoening. In principe neemt men aan, dat alleen de aanleg tot het krijgen van toevallen erfelijk is en er soms méér, een ander maal weer minder belangrijke andere oorzaken moeten zijn, om de ziekte te doen optreden. Indien bij het ontstaan van toevallen heftige emoties een rol spelen spreekt men wel van psychogene- of affect-epilepsie.

Behalve de grote aanvallen (zie toeval) kunnen bij epilepsie ook kleinere optreden (zie absence, petit mal). Als epileptische aequivalenten zijn schemertoestanden bekend, waarbij de patiënt een afgemeten periode volkomen gedesoriënteerd is; in zeldzame gevallen kan dit tot fugues leiden. Soms moet men ook aanvallen van migraine of stotteren als epileptische aequivalenten opvatten.

Van grote betekenis is nog de karakterverandering of psychopathie welke bij toevallijders kan optreden. Lang niet alle patiënten met genuiene epilepsie, maar wel ook een groot deel van hen die aan toevallen lijden na een hersenletsel (z.g. traumatische epilepsie), zijn of worden heel lastige, prikkelbare mensen. Kenmerkend is een hardnekkig vasthouden aan bepaalde onderwerpen van gesprek („kleverig”) met onmatige breedvoerigheid. Later kan een grote traagheid tot dementie voeren deze is gevolg van de hersenaandoening en niet, zoals de leek wel eens denkt het gevolg van de behandelingsmethode. Men neemt wel aan, dat het veelvuldig optreden van toevallen het ontstaan van de epileptische dementie bevordert.

De behandeling van epileptici is de laatste 25 jaar zeer veel veranderd en zelfs internationaal georganiseerd waarbij de Nederlandse Federatie voor Epilepsiebestrijding (Secretariaat: „Meer en Bosch” te Heemstede) een werkzaam aandeel heeft. Nadat de invoering van barbituurzuur-middelen naast het aloude broom reeds het grootste deel der patiënten aanvalsvrij had gemaakt, zijn de laatste decennia nog een aantal nieuwe geneesmiddelen gevonden. Het is onjuist dat deze geneesmiddelen (volgens deskundig advies toegepast) schadelijk zouden zijn; de tekenen die daarop zouden wijzen, zijn afkomstig van het ziekteproces zelf.

De belangrijkste vooruitgang boekt de epilepsiebestrijding dan ook juist bij de moderne techniek van onderzoek (o.a. de encefalografie zie aldaar) en operatieve behandeling (neurochirurgie). Men zoekt daarbij naar de z.g. epileptogene zones, d.w.z. de plek van de hersenschors van waaruit de toevallen ontstaan (bijv. een geschrompeld litteken of arachnoïditis na hersenletsel; ook wel een hersengezwel). Heeft men de haard gevonden dan kan deze niet zelden onschadelijk worden gemaakt, zie ook Jackson-epilepsie.

Voor het overige moeten lijders aan deze ziekte zo normaal mogelijk alhoewel rustig en sober, leven en arbeiden; ook dat is gunstig voor hun gezondheid. Een dieet kan in sommige gevallen heel nuttig zijn volstrekte onthouding van alcoholgebruik is noodzakelijk.

< >