Gepubliceerd op 13-06-2017

Soeharto, Raden (1921)

betekenis & definitie

Indonesisch generaal die in 1965 de macht van Sukarno overnam.

Soeharto begon zijn carrière als bankbediende; later werd hij militair in het Koninklijk Nederlands-Indisch Leger (KNIL). In 1942 stapte hij over naar een Javaans verdedigingskorps, opgezet door de Japanners. Soeharto onderscheidde zich in de onafhankelijkheidsoorlog tegen Nederland in de jaren 1946-49. In 1956 werd hij commandant van het Indonesische leger op Midden-Java. In 1962 zette president Sukarno hem als bevelhebber van de troepen van Oost-Indonesië in tegen Nederlands-Nieuw-Guinea.

De felle anticommunist Soeharto had een belangrijk aandeel in het neerslaan van de 30-septemberbeweging, die in 1965 een coup pleegde. Sukarno kwam hierdoor ten val en Soeharto nam feitelijk zijn functies over; in 1968 werd hij president. Hij voerde een pro-westerse buitenlandse politiek en verbeterde de onder zijn voorganger zeer gespannen betrekkingen met Maleisië door in 1966 een einde te maken aan de zogenaamde confrontatiepolitiek. In het binnenland werd de rust hersteld en begon een economische opleving. Soeharto voelde echter weinig voor democratie en kreeg veel kritiek op de meedogenloze aanpak van de communisten. Pas in 1979 werd in Indonesië een begin gemaakt met de vrijlating van politieke gevangenen, die sinds de mislukte staatsgreep van 1965 zonder vorm van proces vastzaten. In 1990 schiep Soeharto wat meer ruimte voor de democratie door de persvrijheid te vergroten.

< >