Een dorp in Polen, ten noordoosten van de stad Lublin, waar tijdens de Tweede Wereldoorlog een Duits concentratiekamp was gevestigd.
De bouw van het kamp begon in maart 1942; in mei 1942 kwamen de eerste transporten joden in Sobibor aan. Tot de opheffing in oktober 1943 werden in Sobibor ongeveer tweehonderdvijftigduizend joden uit de Sovjetunie, Polen, Oostenrijk, Nederland, België, Frankrijk en Tsjechoslowakije vermoord.
Het kamp stond onder toezicht van dertig SS'ers en honderd Oekraïeners. Het eigenlijke werk werd door zo'n duizend joodse gevangenen gedaan.
Op 14 oktober 1943 kwamen driehonderd `Arbeitsjuden' in opstand. Onder leiding van de Sovjetofficier Aleksandrej Pietchorski maakten de opstandelingen zich van het wapenmagazijn meester en sneden de prikkeldraadversperring door. Ongeveer dertig gevangenen wisten naar de partizanen in de bossen te ontkomen. Direct na de opstand werd het kamp afgebroken.