Leider van de nationaal-socialistische Sturmabteilung.
Röhm werd geboren in München. Tijdens de Eerste Wereldoorlog vocht hij als officier in het Beierse leger. Na de wapenstilstand maakte hij deel uit van het Freikorps-von Epp dat werd ingezet tegen de Radenrepubliek in München. In 1921 werd hij officier bij de Reichswehr. Hij was een van de eerste leden van de National-Sozialistische Deutsche Arbeiter Partei (NSDAP), en organiseerde de Sturmabteilung (SA), de `knokploeg' van de partij.
Door zijn deelname aan de Hitler-putsch in 1923 raakte Röhm zijn baan bij de Reichswehr kwijt, bovendien moest hij een korte gevangenisstraf uitzitten. Van 1928-30 was hij instructeur in het Boliviaanse leger. Op verzoek van Hitler kwam Röhm in 1930 terug om de SA te reorganiseren. In december 1933 werd hij als minister zonder Portefeuille in Hitlers kabinet opgenomen.
Plannen van Röhm om de SA tot een volksleger om te vormen, wekten de achterdocht van Himmler, Goering en de Reichswehr. Hitler koos de zijde van de toen machtigste partij, de Reichswehr. Hij was in de nacht van 29-30 juni 1934 persoonlijk aanwezig bij de arrestatie van Röhm in Bad Wiessee, op beschuldiging van samenzwering. Toen Röhm na zijn arrestatie weigerde zelfmoord te plegen, werd hij door leden van de SS doodgeschoten. Behalve Röhm werden in dezelfde nacht nog andere prominente SA-leiders opgepakt en vermoord. Deze gebeurtenis is bekend geworden als de nacht van de lange messen.
