Gepubliceerd op 13-06-2017

Heath, Edward Richard George (1916)

betekenis & definitie

Brits politicus; premier van 1970-74.

Edward Heath werd in Broadstairs geboren; hij studeerde in Oxford. In 1950 werd hij lid van het Lagerhuis voor de Conservative Party. Onder de Conservatieve premiers Macmillan (1957-63) en Douglas-Home (1963-64) was Heath respectievelijk minister van Arbeid (1959-60), minister zonder Portefeuille (1960-63) en minister van Handel en Industrie (1963-64). Namens de Britse regering onderhandelde hij over de toetreding van Groot-Brittannië tot de EEG. Het Britse lidmaatschap van dit Europese samenwerkingsverband ketste lange tijd af op Frans verzet en interne verdeeldheid in Groot-Brittannië. Van 1965-70 was hij leider van de Conservatieven in de oppositie.

Na de verkiezingsoverwinning van de Conservatieven in juni 1970 werd Edward Heath premier. Tijdens zijn regeerperiode waren er ernstige economische problemen: de werkloosheid steeg in snel tempo en er braken massale stakingen uit. In 1972 trachtte het kabinet-Heath met de afkondiging van de Industrial Relations Act de machtige positie van de Britse vakbonden te breken. Deze wet bepaalde dat wilde stakingen voortaan met boetes konden worden bestraft. De relatie tussen de vakbonden en de regering verslechterde nog verder. Een langdurige mijnstaking dreef de regering in 1972 in het nauw. Door gebrek aan kolen kon de industrie nog maar drie dagen per week functioneren. Heath was gedwongen aan de eisen van de stakers tegemoet te komen.

Op buitenlands politiek gebied vond in 1971 een belangrijke gebeurtenis plaats toen regering en parlement instemden met de toetreding van Groot-Brittannië tot de EG op 1 januari 1973.

Noord-Ierland gaf de regering-Heath de nodige problemen. Sinds 1969 woedde er een ware burgeroorlog. Het toenemend geweld van katholieken en protestanten dwong het kabinet in 1972 het bestuur in Noord-Ierland voor een jaar over te nemen. Het Noord-Ierse conflict werd er niet door opgelost.

Twee verkiezingsnederlagen in 1974 werden Heath fataal. In oktober 1974 nam de Labourregering van Harold Wilson de macht over. In 1975 werd Heath als partijleider vervangen door Margaret Thatcher.

Heath liet later herhaaldelijk blijken niet erg gecharmeerd te zijn van de harde aanpak van Margaret Thatcher die in 1979 premier werd. In het najaar van 1990 kwam hij nog een keer prominent in het nieuws door een omstreden reis naar Bagdad, waar hij de Iraakse leider Saddam Hoessein probeerde over te halen Britse gijzelaars vrij te laten. De kritiek was er vooral op gericht, dat hij zich alleen voor Britten inzette en niet voor de talrijke gijzelaars met een andere nationaliteit.

< >