Gepubliceerd op 13-06-2017

Frank, Hans (1900-46)

betekenis & definitie

Duits nationaal-socialistisch politicus, opgeleid als jurist.

Frank nam in 1923 aan de Hitler-putsch in München deel. In de jaren twintig verwierf hij grote bekendheid door bij verschillende processen als advocaat voor nationaal-socialisten op te treden. In 1930 werd hij afgevaardigde van de NSDAP in de Rijksdag. Na de machtsovername van Hitler in 1933 werd Frank minister van Justitie in Beieren. Een jaar later werd hij rijksminister zonder Portefeuille. Daarnaast leidde hij de door hem gestichte Akademie für deutsches Recht. Frank organiseerde de gelijkschakeling van het Duitse rechtssysteem, wat een hervorming in nationaal-socialistische geest betekende.

Tijdens de Tweede Wereldoorlog was Hans Frank rijkscommissaris van Polen. Hij trad bijzonder wreed tegen de Poolse bevolking op en was actief in de uitroeiing van de joden. Na een conflict met Heinrich Himmler, die de jodenvervolging in Polen buiten Frank om organiseerde, werd Frank in 1942 uit al zijn partijfuncties gezet.

Frank was een van de twaalf beklaagden, die tijdens de Neurenbergse processen (1945-46) ter dood werden veroordeeld.

< >