De organen die naast de hofhouding de leden van het Koninklijk Huis bijstaan in het uitoefenen van hun functie. Dit zijn het Kabinet der Koningin, de Dienst Koninklijke en Diplomatieke Beveiliging van het Korps Landelijke Politiediensten, en de Rijksvoorlichtingsdienst.
De hoofden van deze drie diensten hebben rechtstreeks toegang tot de koningin en worden niet in hun functie benoemd zonder haar instemming.
