(eig. Romain Kacev, 1914-1980) Frans schrijver en diplomaat.
Hij studeerde talen te Warschau, was tijdens WO II officier bij de luchtmacht en vervulde daarna diplomatieke functies in enkele hoofdsteden en tenslotte in de VN. Zijn eerste roman, L'éducation européenne 1945 (Leerschool: Europa-) speelt onder het Poolse verzet in WO II, waarin de hoofdpersoon te midden van het geweld naar een zekere waardigheid zoekt. Dit zoeken is een hoofdmotief in veel van zijn werk, waartoe verder o.m. behoren Le grand vestiaire 1948, La promesse de Taube 1953, Les racines du del 1956 (De laatste kudden van Afrika; bekroond), Lady L 1959 (Lady L), Gloire à nos illustres pionniers 1962, Chien blanc 1970 (Blanke hond), Au-delà de cette limite votre ticket n'est pas valable 1976, Clair de femme 1977, La bonne moitié 1977, Les downs lyriques 1979 en Les cerfs-volants 1980.G. schreef ook onder het pseud. Emile Ajar (o.a. La vie devant soi 1975 (Een heel leven voor je; verfilmd in 1976), Pseudo 1976 en L'angoisse du roi Salomon 1979).
