(eig. Gaius Plinius Caecilius Secundus, 61/62-114 n.C.) Romeins senator, advocaat en schrijver; neef en aangenomen zoon van Plinius Maior.
Werd in 100 tot consul benoemd. Veel van zijn werk is verloren gegaan, bijv. al zijn gerechtelijke redevoeringen, maar bewaard bleef de befaamde Panegyricus Traiani, een grote redevoering uitgesproken uit dankbaarheid voor zijn benoeming tot consul, een lofrede op keizer Trajanus. Ook bewaard bleven Epistularum Hbri X, 10 boeken met brieven, aan o.a. Tacitus en Trajanus, die een betrouwbaar beeld geven van de samenleving in de eerste eeuw n.C.
