(eig. Teodor Josef Conrad Korzeniowski, 1857-1924) Engels schrijver van Poolse afkomst.
Vanaf zijn jeugd had hij een sterke passie voor de zee en het zwerven: hij was o.m. visser, smokkelaar en kapitein. In zijn avontuurlijke romans verwerkte hij eigen ervaringen, waardoor ze vaak op zee of in de jungle spelen. Hoofdthema is de wijze waarop een beschaafde westerling zijn eer verliest ( of behoudt) als hij op de proef wordt gesteld door natuurrampen of langdurige isolatie. Vrouwen komen in C.'s werk nauwelijks voor. Hij schreef o.a. Almayer's fo/ly 1895 (Almayer's dwaasheid = Orang Blanda = Liefde en noodlot op Borneo), The nigger of the Narcissus 1897 (De neger van de narcissus), Lord Jim 1900 (Toean Jim), Typhoon 1902 (De typhoon), The secret agent 1907 (De geheim agent; politieke spionageroman), Victory 1915 (Overwinnning) en The rover 1923.