(1914-1953) Engels dichter en schrijver, was radiomedewerker. Hij debuteerde reeds op twintigjarige leeftijd met de dichtbundel Eighteen poems 1934, die in 1936 gevolgd werd door Twenty-five poems, gedichten vol duistere beelden.
In zijn latere poëzie is de toon minder hoogdravend; thema is vaak de dood, zoals in The map of love 1939 (bevat ook proza) en Deaths and entrances 1946. Zijn proza is autobiografisch getint. Gepubliceerd werden het satirische Portrait of the artist as a young dog 1940 (Als een jonge hond), het bizarre, onvoltooide Adventures in the skin trade 1955 (Avonturen aan den lijve) en Quite early one morning 1954, op jeugdherinneringen gebaseerde, gebundelde radioprogramma's. Bekend werden ook het als toneelstuk bewerkte hoorspel Under milk wood 1954 (Onder het melkwoud). T. was alcoholist en hij stierf aan overmatig drankgebruik.