(1825-1898) Zwitsers schrijver en dichter, studeerde rechten, geschiedenis en filosofie. Hij was zeer depressief van aard en bracht een groot deel van zijn leven door in inrichtingen.
Hij schreef 10 novellen, grotendeels historische vertellingen over de tijd van renaissance en reformatie. De hoofdfiguren hierin zijn steeds tragisch-heroïsche eenlingen die zowel door hartstocht als door de drang tot gehoorzaamheid gedreven worden. Kenmerkend ervoor is de bittere ironie van het noodlot. Zijn lyriek anticipeert op het latere symbolisme. Het bekendst is het uit negen groepen bestaande werk Gedichte 1882. Enkele novellen: Das Amulett 1873, Der Heilige 1880 (De heilige). Die Hochzeit des Mönchs 1884, Angela Borg ia 1891 (Angela Borgia); romans: Jürg Jenatsch 1883 (Jürg Jenatsch) en Die Richterin 1885.