(1898-1963) Engels schrijver en criticus; was hoogleraar Oudengels te Cambridge. Hij publiceerde zijn eerste werk, het lange allegorische gedicht Dymer 1926, onder het pseud.
Clive Hamilton. Christelijke ethiek bepaalt zijn visie; het duidelijkst is dit in de essaybundels The pUgrim's regress 1933, The problem of pain 1940 (Gods megafoon), The Screwtape letters 1942 (Brieven uit de hel), Mere christianity 1952, Screwtape proposes a toast 1959 (Schroefstrik heft het glas) en The four loves 1960 (De vier liefdes), maar het komt ook tot uiting in de moralistische SF-romans Out of the silent planet 1938 (Ver van de zwijgende planeet), Perelandra 1943 (Reis naar Venus) en That hideous strength 1945 (De binnenste cirkel). Hij schreef verder kinderboeken, w.o. Prince Caspian 1951 (Prins Caspian) en The silver chair 1953 (De zilveren stoel), en een autobiografie, Surprised by joy 1955 (Verrast door vreugde).
