a) (Elektriciteitswet 1999, Waals elektriciteitsdecreet).
b) Alle natuurlijke personen of rechtspersonen die hoofdzakelijk voor eigen gebruik elektriciteit produceren, en die aangesloten zijn op het gewestelijk transmissienet of op het distributienet (Brusselse Elektriciteitsordonnantie).
Voor de toepassing van sommige steunmaatregelen wordt nader bepaald dat zelfproducenten minstens 30% verbruiken van de elektriciteit die zij opwekken als hun capaciteit kleiner is dan 25 MW. Is de capaciteit van hun productie-installatie gelijk of groter dan 25 MW, dan moeten zij minstens 50% van de productie zelf verbruiken. Als een maatschappij voor meer dan 10% eigenaar is van de centrale van de zelfopwekker, dan wordt haar verbruik ook meegerekend om bovenvermelde verhouding te bepalen.