Indien een afnemer of een leverancier niet aan de reciprociteitsclausule voldoet, moet de netbeheerder het transport weigeren, tenzij de minister op grond van artikel 48 Elektriciteitswet 1998 een ontheffing heeft verleend (artikel 46 Elektriciteitswet 1998, Nadere MvA, EK 1997-1998, 25 621, nr. 270f, p. 1).
De minister kan op aanvraag van een afnemer of een leverancier ontheffing verlenen van het verbod, bedoeld in artikel 46 [Elektriciteitswet 1998], indien aannemelijk is dat het desbetreffende transport van elektriciteit niet leidt tot een verstoring van het evenwicht op de elektriciteitsmarkten, mede gelet op de bij ministeriële regeling te bepalen gegevens die de aanvrager dient te verstrekken. Bij de beoordeling van de aanvraag om een ontheffing houdt onze minister rekening met de vraag of een verbod om het desbetreffende transport van elektriciteit uit te voeren noodzakelijk en proportioneel is in het licht van het doel ervan, alsmede met de vraag of het verbod de ontwikkeling van het handelsverkeer zou beïnvloeden in een mate die strijdig is met het belang van de Gemeenschap, bedoeld in artikel 3, derde lid, van de [Elektriciteits]richtlijn. Onze minister kan een ontheffing intrekken indien degene aan wie de ontheffing is verleend bij de aanvraag om een ontheffing onjuiste of onvolledige gegevens heeft verstrekt en de verstrekking van juiste of volledige gegevens tot een andere beschikking op de aanvraag zou hebben geleid (artikel 48 Elektriciteitswet 1998).
Artikel 48 Elektriciteitswet 1998 bevat de algemene criteria voor het verlenen van een ontheffing. De toepassing van deze criteria is sterk afhankelijk van de feitelijke omstandigheden van het geval waarvoor ontheffing wordt aangevraagd (Nadere MvA, EK 1997-1998, 25 621, nr. 270f, p. 5).
Zie ook: afnemer, D: leverancier, D: netbeheerder, D: reciprociteitsclausule.