meestal veroorzaakt door ziektekiemen uit de groep der paratyfusbacillen, maar ook door andere ziekteverwekkers bij het eten van bedorven voedsel; ook door gifstoffen uit de bacteriën en ontbindingsprodukten van maag- en darminhoud. Plotseling optreden met buikpijn, misselijkheid, diarree, braken, matheid, dorst, onrust, bleek vervallen uiterlijk.
Uitdrogen van het lichaam. Behandeling: theevasten, maagspoelen, afvoeren, Heilerde, koolbehandeling om gif te absorberen. Warme kompressen op de buik, hooibloemenzakken, voeten warmhouden. Biochemie: Natrium sulfuricum D6, Kalium phosphoricum D6, Magnesium phosphoricum D6 bij kolieken, Ferrum phosphoricum D6.’s Zomers bij flessekinderen. Braken, zuur ruikende, vloeibare ontlasting in grote hoeveelheden. Uitdrogen van het lichaam, zware stoornissen van de bloedsomloop. Behandeling: theevasten tot de diarree ophoudt. Zo mogelijk voeden met moedermelk. In zware gevallen injecteren in het weefsel van fysiologische keukenzoutoplossingen.