bovenlichaam, met inbegrip van borst, rug, hals en armen. Houding als bij begieting van de armen.
Volgorde: rechterarm aan de binnenkant omhoog tot de schouder en zonder stilhouden langs de buitenkant terug naar de hand, onder de rechterarm door naar de binnenkant van de linkerarm, daar omhoog naar de oksel, verder naar de borst, daar kringen beschrijven, bij vrouwen de vorm van een 8. Langzaam van de rechterkant van de borst naar de rug en in brede vlakken over de rug laten stromen. Om stokken van de adem te voorkomen de patiënt diep laten ademhalen. Met langzame kringen de rechter- en linkerkant van de rug begieten en daarbij nooit de wervelkolom rechtstreeks raken met de straal. Zorgen dat het haar niet nat wordt (badmuts of hoofd omhoog houden en het haar met de hand beschermen). Wanneer de rode verkleuring zich voordoet, de behandeling beëindigen door de slang naar beneden te bewegen.
Intensieve plaatselijke werking op de begoten delen en dieptewerking op longen, borstvlies en hart, sterke stimulans voor de ademhaling en bloedsomloop. Wanneer de bloedvaten te vol zijn of neiging tot bloeden bestaat (aderverkalking, longtuberculose) mag deze behandeling alleen na inleidende maatregelen en lichtere begietingen toegepast worden. Indicaties: catarre van de bovenste luchtwegen en longen, astma, longstuwing, longtuberculose (wanneer geen neiging tot bloeden bestaat), borstvliesontsteking, ziekten van strottehoofd en stembanden. Afleiden van het hoofd, echter ook bij stuwing in de benen (spataderen) of in de buikholte.