Definities van Levende taal verklarend woordenboek in de Ensie Z
- Zaad
- Zate, Zathe
- Zeil
- Zich niet onbetuigd laten
- Zich schrap zetten
- Zich spenen van iets
- Zich verkneukelen
- Zich zelf bedruipen
- Zieden
- Zier
- Ziften
- Zij is niet op haar mondje gevallen
- Zijn (of haar) mond gaat als een Lazarusklap
- Zijn biezen pakken
- Zijn goede genius
- Zijn leven hangt aan een draad
- Zijn licht niet onder een korenmaat zetten
- Zijn lier aan de wilgen hangen
- Zijn matten oprollen
- Zijn ooilam
- Zijn piek schuren
- Zijn schaapjes op het droge hebben
- Zijn sporen verdiend hebben
- Zijn stempel op iets drukken
- Zijn zegel aan iets hechten
- Zoen
- Zolder
- Zon
- Zonderbaar
- Zoo helder als een brand
- Zoo nijdig als een spin
- Zoo oud als de weg van Rome, Kralingen, enz
- Zoo oud als Methusalem
- Zwanezang
- Zwerm
- Zwichten
