1. i, n. eig., stilstaand water, poel, plas, moeras, ook = vijver, meer.
2. i, n. overdr., (poet.) elk langzaam stromend water, vand. Phrixeae sororis, de Hellespont, Ov.; (kunstmatig aangelegde) vijver, bassin, stagna et euripi, Ov., st. navale, van het bassin voor naumachieën, Tac., st. calidae aquae, bassin om te baden, Tac.