Woordenboek Nederlands -Latijn

Dr. J.F.L. Montijn (1949)

Gepubliceerd op 14-02-2022

Rĕvolvo

betekenis & definitie

volvi, vŏlūtum (3);

1. eig., terugwentelen, -rollen, molis obiectu revolutus amnis, Tac., poët., rursus iter omne, weer terug afleggen, Verg., revoluta aestu saxa, weer overstroomd, Verg.; reflexief en mediaal, draco se revolvens, Cic., revolutus equo, er afgevallen, Verg., ter revoluta toro est, zonk terug op, Verg., vand. poët., verlopen, revoluta saecula, Ov., ook (in een kringloop) terugkeren, revoluta dies, Verg. | in ’t bijz., (een boek) openrollen, -slaan, Origines (een geschrift van Cato), Liv.
2. overdr., ab alqa re revolvi ad alqd, teruggevoerd worden, Cic., r. iras, steeds opnieuw aanwakkeren, Tac., poët., iterum casus, opnieuw doorstaan, Verg.; mediaal revolvi = (in iets) terugvallen, - opnieuw vervallen, in eandem vitam, Ter., in luxuriam, Iust., ad vana, Tac., ook = (op of tot iets) terugkomen, terugkeren (in het gesprek enz.), eodem, Cic., ad alqd, Cic., ook = (in iets slechters) geraken, komen, ad dispensationem inopiae, zich gedwongen zien tot enz., Liv., eo revolvi rem (dat het zo ver kwam) ut etc., Liv., en in gesprek of gedachten, quid in ista revolvor? hoe kom ik daarop? Ov. | in ’t bijz., herhalen, herlezen, alqd, Hor.; weer overdenken, alqd, Ov., Tac.; weer verhalen, haec, Verg.

< >