1. intr., bij iets volharden, - standvastig blijven, met iets standvastig voortgaan, in sententia, Cic., in bello, Liv., ook c. abl., bellis continuis, onafgebroken oorlog voeren, Iust.; praegn., de vaart onafgebroken voortzetten, una navis perseveravit, Caes., ook = ergens wachten, onafgebroken vertoeven, apud Carnuntum iugi triennio, Eutr. | overdr., stand houden, voortbestaan, triennio, Eutr.
2. trans., (in of bij iets) volharden, (iets) standvastig voortzetten, id, Cic., inediam, Iust., c. inf.,Cic.,m. acc. c. inf., Cic., ut etc., er op staan, er bij blijven, dat enz., Cic.