ōnis, m. koning van Aethiopië, zoon van Tithonus en Aurora, die de Trojanen te hulp kwam en voor Troje door Achilles gedood werd, niger Memnon, Verg.; bij zijn verbranding vlogen volgens de sage vogels uit zijn as op (aves Memnoniae of Memnonides genaamd), die alle jaren naar Troje vliegen en daar met elkaar strijd voeren, Ov.; mater lutea Memnonis, Aurora, Ov.; Memnonis saxea effigies, Memnons stenen beeld bij Thebe in Egypte, dat bij zonsopgang geluiden voortbracht, Tac.
Daarv. Memnŏnis, nĭdis, f. Memnonisch, subst. Memnonides (sc. aves), de vogels van Memnon (zie boven), Ov., Plin.; Memnŏnĭus, Memnonisoh, poēt, = Oosters, zwart, domus, Prop., color, Ov.