lāvi, lautum, part. lautus en lōtus (3), en lăvo, lăvātum en lăvātūrus (1);
1. eig., wassen; pass. mediaal, lavari, zich wassen, baden, Cic. | poët., in ruimere zin, natmaken, besproeien
2. overdr., weg-, afwassen, mala vino, verdrijven, Hor.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: