1. coni., in ’t alg., ter aanknoping van een uitdrukkelijke adversatieve bewering = daarentegen juist, evenwel, veeleer. | ter aanknoping van een zich bij het voorgaande aansluitende gedachte (soms verbonden atqui sic, Ter.) = zeer zeker ja, ongetwijfeld; zo ook atqui si = welnu indien, of adversatief = wanneer nu echter, Cic.
2. coni., in ’t bijz., ter inleiding van de propositio minor in een sluitrede = nu, nu echter, soms verbonden atqui certe = nu echter ongetwijfeld, Cic.