Woordenboek Nederlands -Latijn

Dr. J.F.L. Montijn (1949)

Gepubliceerd op 14-02-2022

Āra

betekenis & definitie

ae, f. elke hoogte van aarde, stenen, zoden enz., vand. ara sepulcri, brandstapel, Verg. | klip in zee. | gedenkteken van steen. | altaar; dergelijke altaren stonden op de binnenplaatsen der huizen, waar men aan de penates offerde, vand. arae focique, huis en hof, Cic., de aris ac focis decernere, Cic., of pro aris focisque dimicare, Liv., voor huis en haard (d. i. voor zijn dierbaarste bezittingen) strijden; fig., daar het altaar een toevluchtsoord voor vervolgden was, = toevlucht, beschutting, bescherming. — zie verder Ara.

< >