1. eig., naderen, nabij komen.
2. overdr., (van tijd) naderen, nabij komen of - zijn, in aantocht -, ophanden zijn. | (van personen), qui iam appropinquat, ut videat, die reeds op het punt is te zien, Cic., centuriones, qui iam primis ordinibus appropinquabant, voor wie de bevordering tot de eerste rang reeds dicht ophanden was, Caes.