(1), vooraf -, vóór de tijd -, vroeger nemen, - afdoen, quod ita sit informatum anticipatumque mentibus nostris, ut etc., wijl zo de voorstelling en het vooraf opgevatte idee in ons verstand ligt, Cic., anticipare eius rei molestiam, zich vooruit bekommeren over enz., Cic., viam, eerder afleggen, Ov., ludos, vóór de tijd vieren,. Suet., mortem, zich vooraf ombrengen, Suet.; voorkómen.
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk