Woordenboek Nederlands -Latijn

Dr. J.F.L. Montijn (1949)

Gepubliceerd op 14-02-2022

Alcĭnŏus

betekenis & definitie

i, m. vorst der Phaeaciërs op Scheria (= Corcyra), vader van Nausieaä, die de op de kust van Corcyra geworpen Ulysses gastvrij opnam; hij had voortreffelijke boomgaarden (vand. poma dare Alcinoo, van een overtollige zaak, Ov.), en leefde met de Phaeaciërs slechts voor zingenot (vand. Alcinoi iuventus, wekelingen, Hor.).

< >