de talen der Kaukasische volken worden in 3 groepen verdeeld:
N.W.-Kaukasisch (Tsjerkessisch, Abchazisch enz.);
N.O.-Kaukasisch (Tsjetsjenisch, Lesgisch enz.) en
Z.-Kaukasisch (Georgisch, Mingrelisch, Lagisch enz.).
Karakteristiek: passief karakter van het werkwoord. Het Kaukasisch is wellicht verwant met het Baskisch. In het Kaukasusgebied behoort alleen het Ossetisch niet tot de K.talen, maar tot de Iraanse.