vorst van, (1750-1822), Pruisisch staatsman. 1804-1806, 1807 min. van buitenl. zaken, 1810 staatskanselier. Voerde een aantal hervormingen door.
H. loodste P. door de moeilijke Nap. tijd en hergaf het op het Congres van Wenen (1814) zijn positie als grote mogendheid.