geklets; de kletspraatjes, geroddel.
klauwaard,
m. anti-Frans gezinde Vlaming.
klavarskribo,
o. verbeterd muziekschrift waarbij de muziek wordt afgelezen in verticale kolommen, die in doorgetrokken lijnen het toetsenbord (en wel de zwarte toetsen) voorstellen. Zwarte stipjes moeten de noten op de zwarte, open kringetjes die op de witte toetsen voorstellen. Toonduur wordt bepaald door verticale afstand tussen stippen en kringen, maatindeling door horizontale strepen aangegeven.
klavecimbaal,
o. klavier, waarbij de snaren mechanisch getokkeld worden door ravenpennen.
klavecordium,
o. het oudste klavier waarbij de snaren door middel v. kleine ijzeren plaatjes op de verlengstukken der toetsen in trilling werden gebracht.
klavier,
o. (ouderwetse) piano.
kleis, (Hebr.) m. meelbal van Paasbrood.
kleistogaam, bloem, die zich niet opent en die zaad vormt door zelfbestuiving.
