1 v. zwammen, zwammetje (in het mv. sporeplanten zonder bladgroen en in haar bestaan afhankelijk van andere organismen; Lat. fungi): de zwammen bestaan uit een aantal draden (zie m y c e l i u m), die bij sommige soorten een vruchtlichaam vormen, paddenstoel genoemd;
2 o. (toebereid zwam, tonderstof);
3 m. en v. zwammen (stud. kletskous, kletsmajoor); ook, z w a m n e u s, m. en v. zwamneuzen.