Gepubliceerd op 11-11-2021

welkom

betekenis & definitie

1 bn. (gelegen komende; aangenaam): gij zijt ons welkom, uw komst is ons aangenaam; een welkome gast; een welkom geschenk; wees welkom; welkom thuis! allen welkom! welkom vreemdeling! iets welkom heten, verwelkomen, aangenaam vinden; iem. hartelijk welkom heten, verwelkomen;

2 o.: iem. het welkom toeroepen.

< >