verveelde, h. verveeld (te veel worden, tot last zijn [door eentonigheid, langwijligheid]): ik zit je maar te vervelen; die eentonigheid verveelde mij, kwelde mij; het zal (je) gauw vervelen; als zn. tot vervelens toe; refl. zich ergens erg vervelen.
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk