jouwde uit, h. (1), i. (2) uitgejouwd (1 iem. scheldwoorden of schimpende geluiden toeroepen; 2 ten einde jouwen):
1. den sukkel uitjouwen;
2. ben jullie nu uitgejouwd?
Gepubliceerd op 11-11-2021
betekenis & definitie
jouwde uit, h. (1), i. (2) uitgejouwd (1 iem. scheldwoorden of schimpende geluiden toeroepen; 2 ten einde jouwen):
1. den sukkel uitjouwen;
2. ben jullie nu uitgejouwd?
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: