I. hoorde toe, h. toegehoord (aanhoren, luisteren): aandachtig toehoren.
II. het hoorde toehoren, h. toegehoord; zie toebehoren 1, 2.
Gepubliceerd op 11-11-2021
betekenis & definitie
I. hoorde toe, h. toegehoord (aanhoren, luisteren): aandachtig toehoren.
II. het hoorde toehoren, h. toegehoord; zie toebehoren 1, 2.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: