Gr. tympanon = trommel, gevelsteen,
1. o. timpaans (vierkant ijzeren raam aan de boekdrukpers);
2. o. en v. timpanen (bouwk. deurboogveld: de open driehoekige of ronde ruimte, d. i. het veld van de boog boven een deur, boven een portiek, van een fronton; geveldriehoek; trommelvlies).