Gepubliceerd op 11-11-2021

reuk

betekenis & definitie

m. -en;

1. reukzin, het vermogen om door middel van de reukzenuwen een gewaarwording te krijgen: de reuk is een der vijf zintuigen; de honden hebben een fijne reuk; fig. de reuk van iets hebben, lucht;
2. fijne, door het reukorgaan waargenomen, uitwaseming; lucht: zij gaan op de reuk af; 3. in zegsw. roep, naam: die man staat in een slechte of kwade reuk, niet gunstig bekend;
4. reukwater, parfum: waar koopt gij die reuk? allerlei reukjes.

< >