v., in bet. 1 religies, religiën (Fr. [Lat. religiol: 1 geloofsleer, godsdienst; kerk of kerkgenootschap, kerkelijke belijdenis; 2 godsvrucht):
1. het verschil tussen deze twee religiën; van dezelfde religie zijn; de Christelijke religie;
2. die mensen hebben veel religie, (g = zj).