Gepubliceerd op 11-11-2021

oogje

betekenis & definitie

o. oogjes (klein oog inz. in zegsw. en fig.); zegsw. een (goed) oogje op iem. hebben, iem. wel mogen; een oogje dicht doen (of: toedoen), een overtreding niet willen zien; een oogje houden op, letten op; iem. oogjes geven, fig. vriendschappelijk bejegenen.

< >