v. -sterren;
1. dagster, nl. Venus, opgaande vóór de zon: de morgenster komt al op;
2. fig. schitterende figuur in een nieuw tijdvak van geschiedenis of kunst: gij waart een morgenster, Napoleon;
3. ijzeren knots, waarvan de kop met ijzeren punten was bezet: verg. goedendag.