maakte klaar, h. -gemaakt (in gereedheid brengen; voor een examen opleiden); refl. zich voor de reis klaarmaken; kinderen ga je klaarmaken, zich kleden, toilet maken.
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk