Gepubliceerd op 11-11-2021

khan

betekenis & definitie

I. m. -s (Perzisch-Arab. = heer, vorst: titel v. e. Tartaarsen of Mongoolsen vorst, een gouverneur, een bevelhebber enz. [achter de naam], verg. bey).

Opm. Beter, maar minder gebruikelijk is de uitspr. (van khan I en II) chaan en (van khanaat) chanaat (kh is in het Eng. weergegeven door ch);II. v. -s (Perzisch-Turks: oosterse herberg; markt); zie khan I.

< >