palmde in, h. ingepalmd (1 v. e. touw: allengs naar zich toehalen; 2 fig. zich [wederrechtelijk] gaandeweg iets toeëigenen):
1. een touw inpalmen en opschieten;
2. fig. de Engelsen palmen in Z.-A. alles in; zegsw. iem. inpalmen, voor zich innemen; z. door iem. laten inpalmen.