m.; zoete zelfstandigheid, door de bijen uit de bloemen gegaard, bv. uit de bloemen van koolzaad, boekweit enz.: honig uit de bloemen zuigen of puren; zie puren; ongepijnde honig, lekhonig, maagdenhonig, niet uitgeperste honig; wilde honig, nl. der wilde bijen; zegsw. iem. honig om de mond smeren, vleien, hem lieve, zoete woordjes zeggen; Men vangt meer vliegen met één lepel honig, dan met een vat azijn, met (een beetje) zachtheid verkrijgt men meer dan met geweld; zie Hymettus, melk.
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk