Gepubliceerd op 11-11-2021

hermelijn

betekenis & definitie

1. m. -en, hermelijntje; grote wezel; Lat. putorius ermineus: de hermelijn is ’s zomers roodbruin, ’s winters wit;

2. o.; bont, zuiver wit, met zwarte punten van de staart: een mantel van hermelijn, koningsmantel; zegsw. hermelijn dragen, koning(in) zijn.

< >