Gepubliceerd op 11-11-2021

geweld

betekenis & definitie

o. (1 macht, heerschappij, vero., in zegsw.; 2 uiting van macht, kracht; 3 hevigheid, onstuimigheid; 4 lawaai; 5 misbruik van macht; gebruik van het recht van den sterkste; 6 rechtst. wederrechtelijke handeling tegen personen of goederen; gewelddadigheid): 1. in iems. geweld zijn; een taal in zijn geweld hebben, machtig zijn; onder zijn geweld doen bukken, macht;

2. geweld van wapenen; een leven, drukte van geweld krachtig, sterk;
3. hij wou met alle geweld er naar toe; het geweld der zee; een geweld van de andere wereld;
4. wat een geweld, lawaai! geweld maken, leven, drukte;
5. geweld en onrecht plegen; geweld gebruiken; met zacht geweld; zichzelf geweld (aan)doen, met kracht van geest zich tot iets dwingen;
6. rechtst. hij, die zich met geweld of bedreiging verzet tegen een ambtenaar ...; België: rechtst. = daden van stoffelijke dwang.

< >